De diagnose AD/HD wordt per definitie gesteld op basis van de geschiedenis en beschrijving van de moeilijkheden. Vragenlijsten zijn hierbij een goed hulpmiddel. Daarnaast is uit wetenschappelijk onderzoek mogelijk gebleken om bij zowat 90% van de personen met AD/HD afwijkende elektrofysiologische hersenactiviteit aan te tonen in het EEG, De toepassing van QEEG (quantitative elektro-encefalogram) als objectief hulpmiddel bij de diagnose van AD/HD is een belangrijke doorbraak, en behoort tot de expertise van Dr. Van den Bergh.
ADHD kan hoofdzakelijk van het inattentieve type zijn (vooral problemen met aandacht), of hoofdzakelijk van het hyperkinetische type (vooral problemen met hyperactiviteit en impulsiviteit) of van het gecombineerd type.